KRO-NCRV koos recent de beste leraar Nederlands van het jaar. Het brengt ook vaak de discussie met zich mee. Wat is namelijk de staat van de Nederlandse taal? Taal verloedert. Ouderwetse woorden verdwijnen en via de app communiceren we alleen nog maar in afkortingen en halve zinnen. Eens. Taal verandert. Maar verloedert het ook?

Taal is altijd in beweging

Taal is een levend organisme. Het is continu in beweging. Nieuwe woorden komen in de Van Dale en oude woorden verdwijnen. Dat is niet alleen iets van deze tijd. Om Giphart te citeren: “Het gaat áltijd goed met de taal. Sommige mensen houden vast aan hun eigen ingesleten taalgebruik en kunnen niet meer volgen wat de nieuwe generatie doet met een taal. Maar dat soort klachten is van alle tijden. Toen ik jong was, werd er geroepen dat stripverhalen het einde van de beschaving inluidden en de wereld zou vergaan als comics zouden blijven bestaan.”

#woordliefde

Wij merken dat onze cursisten ook nog wel eens moeite hebben met het afscheid nemen van bepaalde woorden. Logisch! Woorden als ‘jegens’ en ‘inzake’ hebben hun charme. Maar zijn ze ook functioneel? Is de kans niet groter dat de lezer je boodschap begrijpt bij het woord ‘tegen’ en ‘over’? Bij Eenvandaag zag ik een leuk voorbeeld hoe je hiermee om kan gaan. ‘Judge Joyce’ is rechter van beroep. Zij staat er om bekend dat ze een voorvechter is van klare taal in de rechtbank. Ze wil de rechtspraak ook begrijpelijk maken voor de leek. Want die moet het ook kunnen snappen.

Aan de andere kant houdt ze ook van vreemde en ongebruikelijke woorden. Die minder voorkomen. Komt ze in een boek zo’n woord tegen? Dan twittert ze hier ook over. Maar dan met de hashtag ‘#woordliefde’.

Een woord dat je niet kwijt wilt?

Helemaal met deze woorden stoppen hoeft dus niet. Maar hou wel altijd rekening met je doel van de tekst en de doelgroep. Heb jij een ouderwets woord dat je absoluut niet kwijt wil? Laat het ons horen! Desniettegenstaande houden wij ook van de echte klassieke Nederlandse woorden.