De apostrof, je kent 'm vast wel. De werking lijkt simpel: zet dat kleine kommaatje ergens tussen twee letters en je bent klaar, toch? Maar hé, voor je het weet zie je dingen als ‘Deze team's hebben gewonnen in de finale!’ Oef... een apostrof die daar niks te zoeken heeft.
Laten we eerlijk zijn: apostroffen zijn voor sommige mensen een struikelblok. Zonde, aangezien een correcte schrijfwijze bijdraagt aan de professionaliteit van je communicatie. Wil jij voorkomen dat je apostrof je boodschap saboteert? Wij helpen je graag een handje!
Waar gaat het vaak mis?
1. Meervoud maken met een apostrof
Het lijkt zo verleidelijk om een apostrof te gebruiken voor het meervoud van woorden. Maar nee, “gemeente's” is niet juist, en “auto's” ... ja, die is dan wel weer goed 😉. De regel: gebruik een apostrof bij meervoudsvormen alleen als het woord eindigt op een lange klinker, zoals in “papa's” of “foto's”. Wat is een lange klinker dan? Als je de “e” uitspreekt zoals in "thee”, dan gaat het om een lange klinker. Een woord zoals “geboorte” eindigt op een korte klinker, dus plak je (in dit geval) de –s, er gewoon aan vast, “geboortes”.
Let wel op! Je gebruikt geen apostrof bij meervoud als de woorden eindigen op een korte klinker, op de letter é, op twee of meer klinkers in één lettergreep of wanneer het woord eindigt op een medeklinker.
2. Bezitsaanduidingen: wanneer is het nodig?
Net zoals bij een meervoud heb je hier soms een apostrof nodig om een verkeerde uitspraak te voorkomen. Gebruik bij bezitsaanduidingen een apostrof als het woord weer eindigt op de lange klinker: a, e, i, o, u of y.
Het wordt fout als je schrijft: “Het bedrijf's medewerkers.” De juiste vorm? “De medewerkers van het bedrijf.” Wat kan dan wel? “Lola's boek". Makkelijk toch?
3. Apostroffen met verkleinwoorden?
Helaas gaat het hier wel eens fout. Je gebruikt alleen een apostrof bij verkleinwoorden als ze eindigen op de klinker “y”, een “u” die je uitspreekt als een “oe” én je er een “-tje” aan wilt plakken. Dit krijg je dus bij woorden zoals “baby'tje” of “tiramisu'tje”.
Let wel op! Er komt geen apostrof bij een verkleinwoord als deze eindigt op “y” in combinatie met een andere klinker. Zoals bij woorden als “cowboytje” of “disc-jockeytje”.
4. Woorden waarbij iets weggelaten wordt
Een apostrof gebruik je ook bij woorden waarbij iets is weggelaten. Om Amsterdam korter te schrijven, kun je een aantal letters weglaten. Dan krijg je A'dam. Tip! Een kortere vorm zoals “m'n” kun je beter vermijden in zakelijke teksten.
5. Cijferwoorden en afkortingen
Bij cijferwoorden en afkortingen maak je gebruik van een apostrof als je deze vervoegt naar een meervoud, bezitsvorm of verkorting. Zoals bij woorden als “wc’s” of “50+’ers”.
Wil jij ook beter communiceren?
Schrijf je dan in voor een van onze communicatietrainingen. Schrijven, presenteren, rapporteren... Bekijk ons aanbod hieronder! Liever eerst even overleggen over wat het best bij jou past? Bel ons op (024) 324 49 59 of mail naar info@pastoorbv.nl.
Communicatie-inspiratie en taaltips
Van ons voor jou: communicatie-, taal- en schrijftips. Doe er je voordeel mee!
Lees ook onze artikelen over alles wat speelt in de communicatiebranche.